“Samen met fabrikanten, overheden en transporteurs onze logistiek vergroenen”

Installatiebedrijf DAEL Groep uit Maasdijk zet grote stappen richting zero-emissie. Met een gloednieuw all-electric pand en e-voertuigen met alu-interieurs en slimme track-and-trace zijn ze flink op weg. Daarnaast roept het bedrijf op tot meer samenwerking met andere ondernemers. “Laten we samen met fabrikanten, overheden en transportbedrijven nadenken over hoe we onze logistiek gaan uitvoeren”, vertelt asset manager Etienne de Maat.

Waarom willen jullie naar zero-emissie?

“We zijn zes jaar geleden gestart met de CO2-Prestatieladder (een initiatief van de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen, red.) om de totale CO2-uitstoot van ons bedrijf te verlagen. Inmiddels hebben we het CO2-bewust certificaat niveau 5, dat is het hoogst haalbare niveau. En we hebben het Garantie van Oorsprong-certificaat, dat laat zien dat de stroom die wij gebruiken op een duurzame manier is opgewekt. In ons geval is dat zowel wind- als zonne-energie.”

Hoe doen jullie dat?

“Vorig jaar september zijn we in ons nieuwe pand getrokken. Zonder gas, alles elektrisch – met tweeduizend zonnepanelen op het dak. Het pand heeft daardoor het duurzaamheidscertificaat GPR Gebouw en scoort op alle thema’s bovengemiddeld – energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Ook hebben we inmiddels zo’n 30 elektrische voertuigen rijden.”

Vertel…

“In de interieurs van de voertuigen is staal vervangen door aluminium, om zo 200 à 300 kg per voertuig te kunnen besparen. Ook rijdt het gros van onze medewerkers in een voertuig zonder imperiaal – behalve de cv-monteurs en loodgieters, die hebben beweegbare beugels op het dak. Verder zijn we recent overgegaan op andere banden, die energiezuiniger zijn en van duurzamer materiaal zijn gemaakt. En alle voertuigen zijn uitgerust met een track-and-tracesysteem, om de CO2-uitstoot per voertuig te monitoren.”

Hoe werkt dat precies?

“In iedere auto wordt gemeten hoe de bestuurder optrekt en remt, met welke snelheid die rijdt en wat het verbruik en de CO2-uitstoot is. Iedere week maken we de scores bekend in een zogenaamd klassement.”

Wat kan er nog beter?

“Ik zou vooral regionale en plaatselijke overheden willen oproepen om duidelijk te maken welke voertuigen met welke doelen een bepaald transport wél uit mogen blijven voeren. Totdat we met elkaar een oplossing gevonden hebben.”

Leg eens uit.

“Als wij binnen een zero-emissiezone een GSM-antenne moeten plaatsen en er is geen mogelijkheid om een hoogwerker elektrisch te vervoeren, dan levert dat best een uitdaging op. Een wijk, ziekenhuis of zelfs de hulpdiensten kunnen dan tijdelijk zonder bereik komen te zitten. Als we dit met elkaar wél willen, dan zal er toch een subsidie moeten komen voor specialistische voertuigen die specialistische diensten uitvoeren.”

Waar zijn jullie tegenaan gelopen?

“Werknemers hebben last van de laadtijd als ze onderweg zijn. Soms staan ze wel een uur per dag stil, omdat de auto aan het laden is. Ook degene die de werkzaamheden inplant is er wat minder blij mee. Die moet routes zoveel mogelijk clusteren en samenvoegen. Dat zorgt voor extra werk. Ook in de toekomst voorzie ik nog wel wat problemen.”

Waar denk je dan aan?

“Onze monteurs gaan op dit moment nog met een voertuig en een aanhangwagen vol met spullen naar een opdrachtgever ergens in Nederland. De retourspullen nemen ze mee terug. Als wij straks helemaal overgaan op elektrisch rijden, zullen we extra transporten moeten gaan organiseren om al deze spullen heen en weer te vervoeren. Een tip voor iedereen: vraag aan gemeentes of er opslaglocaties beschikbaar gesteld kunnen worden. Bijvoorbeeld het vrijmaken van meerdere parkeerplekken bij een verbouwing van een pand om daar spullen op te slaan. Dan hoeven de monteurs er alleen nog met een personenauto heen.”

En wat zijn de voordelen?

“Qua rijden is het prima. Iedereen is hartstikke tevreden. En we zien in de cijfers terug dat we goed met verduurzaming bezig zijn. Ook qua kosten denk ik dat we goed uitkomen. Het onderhoud van elektrische voertuigen is namelijk veel minder, zowel in tijd als in kosten.”

Hebben jullie daarbij nog hulp of advies gehad?

“Ja, een logistiek makelaar uit Zuid-Holland heeft ons geholpen een beleidsplan te maken. De vragen aan hem waren: hoe gaan we de komende jaren ons wagenpark inrichten en welke voertuigen gaan we daarbij inzetten? In het plan werd rekening gehouden met de zero-emissiezones en recent aangepaste BPM (Belasting van Personenauto’s en Motorrijwielen). Als ondernemer kreeg je namelijk bij de aanschaf van een bestelauto een ontheffing van BPM, maar die is per 1 januari 2025 opgeheven. De total cost of ownership van een diesel komt daarmee nu net zo hoog uit als een elektrisch voertuig.”

Was er ook financiële hulp?

“Voor de bouw van ons nieuwe bedrijfspand hebben we gebruikgemaakt van de investeringssubsidie voor duurzame energie. Daarnaast zijn we onze tarieven aan het aanpassen, waarin de prijsstijgingen van de voertuigen zijn meegenomen. Een subsidie voor elektrisch rijden is natuurlijk altijd fijn, maar zet soms nog weinig zoden aan de dijk. Een voorbeeld: als je € 4.000 aan subsidie krijgt en je smeert dat uit over vier jaar, dan heb je dus € 1.000 per jaar. Deel dat door 52 weken, dan houd je € 20 per week over. Dat maakt de extra laadtijd, en dus wachttijd van je monteurs, natuurlijk niet goed.”

Heb je nog een tip?

“Dat we als ondernemers gezamenlijk – want we hebben dezelfde soorten werkzaamheden en kostenposten – met fabrikanten, overheden en transportbedrijven gaan nadenken over hoe we onze logistiek gaan uitvoeren. En dat we daar niet te lang mee wachten.”

En specifiek voor ondernemers?

“Breng in kaart wat de consequenties voor jou gaan zijn. Moet je in een zero-emissiezone zijn, dwing jezelf dan na te denken: hoe ga ik dat doen? Vraag na bij andere ondernemers of leveranciers of zij je met een elektrische vrachtwagen spullen kunnen brengen. Dan hoeft de monteur alleen nog maar met een elektrische personenauto en een gereedschapskist naar het werk. Dat scheelt al een hoop.”