“De energietransitie en onze rol daarin raakt de hele samenleving”

De Makers van Morgen/Spraakmakers/“De energietransitie en onze rol daarin raakt de hele samenleving”

Harry Talen, de nieuwe CEO van energiebedrijf Engie, heeft een schone taak: hij moet het bedrijf voorbereiden op klimaatneutraal in 2045. Grote stap in die richting is de aanpassing van de Maxima-aardgascentrale in Lelystad: die kan nu al voor 50% van de capaciteit draaien op waterstof.

Harry Talen is sinds 1 mei 2024 CEO van Engie Nederland. Hij komt van intern: veertien jaar geleden stapte hij als trainee binnen bij Engie en werkte in de tussentijd op allerlei bedrijfsonderdelen. Tot voor kort was hij als Plant Manager verantwoordelijk voor alle centrales, en dus ook voor de aanpassing van de Maxima-centrale.

Door zijn lange staat van dienst kent hij het bedrijf van binnen en buiten. Als CEO spreekt hij vol energie over de duurzame ambities van het energiebedrijf: klimaatneutraal in 2045 in absolute zin – dus zonder compensatie van resterende CO2-uitstoot. Moeiteloos switcht hij naar de techniek van schoepen, compressoren en sponsballetjes. Bijvoorbeeld als hij praat over de ombouw van de Maxima-centrale. “We zijn wereldwijd de eerste die dit met een centrale hebben gedaan. Over een paar jaar willen we ook de tweede turbine van de Maxima-centrale ombouwen. Dan is deze centrale klaar om volledig op waterstof te draaien.”

De Maxima-centrale levert genoeg stroom voor 1,6 miljoen huishoudens. | Credit: Engie.

Hoge temperaturen

Waterstofgas verbrandt bij hogere temperaturen dan aardgas. Daarom moest de centrale worden voorzien van hittebestendige materialen, betere coatings en nieuwe koelsystemen. “Wij vinden het belangrijk dat we onze verantwoordelijkheid nemen”, zegt Talen. “Daarom hebben we geïnvesteerd in de centrale, zodat de machines er klaar voor zijn als er straks waterstof naar binnen stroomt.”

Ook de elektriciteitssector moet op de waterstofbackbone worden aangesloten. Waterstof kan een oplossing bieden voor de netcongestie.

Voor de duidelijkheid: op dit moment stroomt er nog geen waterstof door de Maxima-centrale. Gasunie is druk bezig met de totstandkoming van een waterstofnetwerk in Nederland. Met relatief kleine aanpassingen kan het daarvoor ons huidige aardgasnetwerk gebruiken. Gasunie wil in eerste instantie de grote industriegebieden in Nederland en het noorden van Duitsland met elkaar verbinden. Daarbij slaat het vooralsnog Flevoland, en dus de Maxima-centrale, over. Talen: “Wij pleiten ervoor dat ook de elektriciteitssector op de waterstofbackbone wordt aangesloten. Flevoland is een van de grootste congestiegebieden van Nederland. Waterstof kan daarvoor een oplossing bieden.”

Stoom en gas, zonnepark en batterijen

De Maxima-elektriciteitscentrale van Engie bestaat uit twee vrijwel identieke STEG-eenheden (stoom en gas) met een gezamenlijk vermogen van 880 megawatt, goed voor de elektriciteit van 1,6 miljoen huishoudens. Met een rendement van 60 procent behoort de Maxima-centrale tot de modernste en efficiëntste ter wereld. De centrale wordt aan- of uitgeschakeld naar behoefte: is er genoeg stroom uit zon en wind, dan gaat de centrale uit. Vallen zon en wind weg, dan kan de centrale in drie kwartier opstarten. 

Op het terrein van de Maxima-centrale ligt ook een zonnepark met een vermogen van 2,2 megawatt. Op een zandvlakte afgezet met lint verrijst in 2025 een van de grootste batterijparken van Nederland: met 35 megawatt vermogen en een capaciteit van 100 megawattuur kunnen de batterijen straks drie uur lang op vol vermogen elektriciteit leveren.

 

Talen heeft goede hoop dat een dergelijke aansluiting er in de toekomst gaat komen. Het zou een grote duurzaamheidsslag betekenen voor de elektriciteitsproductie. “En mocht er een scenario komen waarbij de centrale toch niet op waterstof kan draaien, dan zorgt de nieuwe technologie er in ieder geval voor dat gas efficiënter ingezet kan worden om stroom op te wekken.”

Blauwe en groene waterstof

De waterstof die Engie uiteindelijk wil gaan gebruiken, is idealiter groen; gemaakt uit hernieuwbare bronnen. Maar, zegt Talen: “Groene waterstof is een energiedrager waar je zuinig op moet zijn. We moeten gaan bepalen waar we groene waterstof zo efficiënt mogelijk kunnen gebruiken. Dat is waarschijnlijk vooral in het zwaar transport, waar elektrificatie niet mogelijk is, en in de industrie als vervanger van grijze waterstof. Ik verwacht niet dat er in de komende tien jaar genoeg groene waterstof beschikbaar zal zijn voor de productie van elektriciteit. Aangezien je altijd met verliezen te maken hebt, zou het op dit moment super-inefficiënt zijn om met een elektrolyser windenergie om te zetten in waterstof om vervolgens die waterstof te verbranden in een energiecentrale.”

Het mooist vind ik als onze medewerkers over tien, vijftien jaar trots kunnen zeggen dat ze hebben meegewerkt aan de energietransitie.

De Maxima-centrale benut het water uit het IJsselmeer. | Credit: Engie.

Wel ziet Talen potentie in blauwe waterstof, geproduceerd uit fossiele brandstoffen, maar op locaties waar de CO2-uitstoot kan worden afgevangen en opgeslagen in lege gasvelden of zoutcavernes. “Grijze waterstof slaan we over. Blauw kunnen we gebruiken. En vervolgens zou het mooi zijn als we die langzaam kunnen uitfaseren naar groene waterstof zonder dat wij daarvoor nieuwe investeringen aan de centrale hoeven te doen.”

Waterstofeconomie Nederland

Onlangs publiceerde het FD nog een alarmerend stuk over de mogelijkheid dat Nederland zijn groene waterstofpositie in de wereld dreigt te verliezen. De voornaamste reden is dat Nederlandse groene waterstof veel te duur zou zijn om te produceren. Toch is Talen optimistisch. “We hebben in Nederland alle ingrediënten om iets met groene waterstof te kunnen doen. De gasinfrastructuur ligt er al en we hebben veel offshore wind. Ook is er een mogelijkheid om de zoutcavernes te gebruiken voor de opslag van waterstof. Bovendien heeft waterstof nog steeds een plek in het klimaatbeleid. Maar die factoren zijn natuurlijk geen garantie voor succes. Als andere landen harder werken en meer hun best doen om een waterstofeconomie van de grond te krijgen, kan het zo zijn dat productie naar andere landen gaat. We moeten nu dus wel echt gaan beginnen.”

Droombaan

In de veertien jaar dat Talen bij Engie werkt, heeft hij het sentiment rond onze energievoorziening zien veranderen. “Toen ik binnenkwam, ging het alleen maar over betrouwbaarheid. Die garantie leverden kolencentrales. Duurzaamheid was toen een minder groot topic. Als ik tien jaar geleden op een feestje vertelde dat ik in de energietransitie werkte, maakte dat nog weinig indruk. Nu heeft iedereen er een mening over.”

Engie energieneutraal

Engie is van origine een Frans bedrijf en inmiddels een van de grootste nutsbedrijven van de wereld. Het bedrijf is actief in 31 landen en heeft wereldwijd ruim 97.000 medewerkers. Engie heeft de ambitie om in 2045 geen CO2 meer uit te stoten. Hiervoor legt het bedrijf de focus op windenergie op zee, batterijopslag, waterstof- en groen-gasproductie en het flexibel maken van hun gascentrales. Dit betekent dat het aandeel aardgas in de centrales in de loop der jaren zal worden vervangen door biogas en waterstof.

 

Talen omschrijft zijn nieuwe rol als een ‘echte droombaan’. “Het gaat niet alleen maar om dit bedrijf, of om deze centrale. De energietransitie en onze rol daarin raakt aan de gehele samenleving. Als ik naar Engie kijk, hoop ik dat over een jaar of vijf de eerste blauwe waterstof door de centrale stroomt en dat we tegen 2045 kunnen roepen dat we het eerste energiebedrijf in Nederland zijn dat geen CO2 meer uitstoot. Maar nog mooier vind ik het eigenlijk als onze medewerkers over tien, vijftien jaar met trots kunnen zeggen dat ze een bijdrage hebben geleverd aan de grote maatschappelijke verandering die de energietransitie is.”

(Bron: Change.Inc.)

Heb jij ‘n tip voor deze rubriek? Stuur je suggestie naar demakersvanmorgen@technieknederland.nl!