Fries-Museum-bij-daglicht

De techniek van het Fries Museum kan elke expositie aan

De Makers van Morgen/De techniek van het Fries Museum kan elke expositie aan

De bijzondere exposities die het Fries Museum in het kader van Fryslân Culturele Hoofdstad 2018 organiseerde, stelden zeer hoge eisen aan de klimaatbeheersing. Het was aan technisch dienstverlener Kuijpers om deze te beantwoorden. In een nauwgezet proces van monitoren, afstellen en data verzamelen, slaagde het museum erin te voldoen aan de strenge voorwaarden van de partijen die hun waardevolle kunst in bruikleen geven. Maar dat niet alleen, er werd ontdekt dat het museum, na de plaatsing van een wko-installatie, nauwelijks nog aardgas nodig had. Daarop werd besloten de stap naar gasloos te zetten.

We praten over dit bijzondere proces met Deirdre Oosterhoff, hoofd afdeling facilitaire zaken van het Fries Museum en Stefan Wanders, projectleider maintenance bij technisch dienstverlener  Kuijpers.

Mag ik het stoppen met gas zien als de bijvangst van een veel grotere operatie?

Wanders: ‘Meer als een volgende stap. Toen wij de installatie goed hadden afgesteld concludeerden we dat er nauwelijks nog aardgas nodig was. En dus diende de mogelijkheid zich aan om van het aardgas af te gaan. Dus dat stelden we voor.’

Fries-Museum-Wanders-en-Oosterhoff

Oosterhoff: ‘Een noodzaak was er niet. Wij kopen ons aardgas samen met de provincie zeer voordelig in dus er was geen financiële reden om dit te willen. Maar we zien ons museum als een etalage van wat er in de maatschappij gebeurt en daar is stoppen met aardgas een onderwerp. Dus wij vonden, als de kans zich voordoet, dan moeten we die grijpen. En dat deden we.’

Kunnen we even terug naar hoe deze mogelijkheid in beeld kwam?

Oosterhoff: ‘Ja hoor. In 2013 ging dit nieuwe gebouw open voor publiek. Het eerste jaar werd het onderhoud gedaan door de bouwcombinatie en daarna schreven we een prestatiegerichte aanbesteding uit voor langdurig onderhoud. Die won Kuijpers op grond van hun ervaring met musea.’

‘Bij het onderhoud gaat het om temperatuur, luchtvochtigheid en veiligheid rondom brand en diefstal. Belangrijk voor ons was ook dat onze onderhoudspartner zou meedenken over mogelijke verbeteringen en dat ze de rapportages konden bieden die we nodig hebben. Zo moeten wij aan de provincie aantonen dat onze wko-installatie functioneert volgens de wet- en regelgeving, dus dat we de bodemtemperatuur niet verstoren. Maar wij moeten ook aan bruikleengevers van kunstwerken vooraf aantonen dat het binnenklimaat hier stabiel en veilig is.’

Hoe streng zijn de bruikleengevers?

Oosterhoff: ‘Dat ligt aan de waarde en kwetsbaarheid van de kunstwerken. De collecties van bijvoorbeeld Alma Tadema, M.C. Escher en Rembrandt zijn enorm kwetsbaar en gevoelig voor licht en klimaat. Dus toen wij die wilden tonen in het kader van Fryslân Culturele Hoofdstad 2018 kregen we te maken met een enorm eisenpakket.’

‘Tadema stond al langer op ons verlanglijstje, maar in het oude gebouw was dit onmogelijk. In het nieuwe gebouw kon het wel, maar dan moesten wij in een ‘facility report’ aangeven hoe wij het klimaat beheersen, maar ook hoe we de schilderijen ontvangen en beveiligen. Het Van Gogh Museum stuurde zelfs medewerkers die hier een audit kwamen doen om te zien of we aan alle bruikleeneisen konden voldoen.’

Fries-Museum-binnenzijde

Dus jullie moesten ook heel veel data presenteren?

Wanders: ‘Ja, en dat konden we. Kuijpers monitort het klimaat voortdurend, via sensoren en door een dagelijkse inspectie vanuit kantoor. Maar een van de bruikleengevers stelde als eis dat ons klimaat in een bepaalde zaal al een jaar lang op een bepaald niveau moest zijn. Dat was niet zo, want eerder hingen daar foto’s waarvoor een ander klimaat geldt. Maar wij kunnen het klimaat snel aanpassen en het daarna stabiliseren. Daarop zijn wij met hen gesprek gegaan en konden we aantonen dat wij, ook zonder die geschiedenis van een jaar, aan hun eisen zouden voldoen.’

Oosterhoff: ‘Om die reden zochten we ook een specialistische partner die in ons wil investeren en die ook voor 10 tot 15 jaar aan ons verbonden blijft.’

Nu lijkt een stabiel klimaat simpel realiseerbaar, maar in een museum waar je ineens veel, dan weer weinig bezoekers kunt hebben zul je soms flink moeten bijsturen?

Wanders: ‘Dat klopt. Iedere bezoeker is een kacheltje en als het buiten regent komen ze ook nog eens nat binnen. Tijdens de exposite van Alma Tadema kregen we zoveel vocht binnen dat we tijdens de looptijd het riool moesten vergroten. Daar hebben de bezoekers niets van gemerkt.’

Oosterhoff: ‘De tentoonstelling Rembrandt en Saskia trok dagelijks 1.500 bezoekers. De dag na de looptijd waren het er 50. Ook hebben we ’s avonds wel eens feest met 700 mensen. Deze bezoekersgegevens en -verwachtingen geven we door aan Kuijpers. Zij houden ook rekening met het weer en sturen op al deze factoren bij.’

Fries-Museum-Technische-Ruimte
Achter de schermen: de luchtbehandelingskast van het Fries Museum.

Heeft het Fries Museum met deze grote tentoonstellingen zijn sporen verdiend bij bruikleengevers waardoor het in de toekomst makkelijker wordt om kostbare kunst te lenen?

Oosterhoff: ‘Absoluut. Als je een Tadema van 43 miljoen tentoon mag stellen, dan schept dat zeker vertrouwen. Het bieden van de juiste omgeving gaat trouwens nog verder dan het klimaat. Kuijpers verzorgt ook de techniek om het licht goed te kunnen aansturen. Per expositie wordt het licht namelijk door een light artist helemaal ingeregeld op een fijne balans tussen het conserveren van het kunstwerk en de bezoekerservaring.’

En vanuit al deze finetuning ontstond het idee om van het gas af te gaan?

Wanders: ‘Ja, we merkten dat er nauwelijks nog gas nodig was, dus de stap was goed te zetten. Maar de gaspijp is niet afgedopt. Mochten we tekort komen, dan zouden we kunnen gaan stoken.’

Oosterhoff: ‘Maar dat zal niet nodig zijn, we hebben namelijk een warmteoverschot. Onze volgende stap is onderzoeken of we daar onze buren blij mee kunnen maken.’

Het Fries Museum draait nu een half jaar zonder aardgas. Heeft dat ook nog iets opgeleverd?

Oosterhoff: ‘Geen cent, maar wel maatschappelijke waarde en daar ging het ons ook om.’

Fotografie: Ruben van Vliet en Paolo Bouman.

Heb jij ‘n tip voor deze rubriek? Stuur je suggestie naar demakersvanmorgen@technieknederland.nl!