Van energietransitie tot digitalisering: Nederland staat voor enorme uitdagingen. De installatiebranche speelt daarin een sleutelrol. Maar de beloning? “Wij verdienen als sector te weinig voor de waarde die we genereren, dat moet veranderen”, stelt SPIE Nederland–directeur Lieve Declercq strijdvaardig.
Fotografie: Alek.
Zonder techniek staat alles stil. Dan functioneert geen brug, zeesluis, hoogspanningslijn of glasvezelverbinding. Een van de specialisten in grote multi-technische projecten is SPIE Nederland. Vanuit het hoofdkantoor in Breda en 29 andere vestigingen bouwt en installeert deze dochter van de 121-jarige Franse multinational netwerksystemen en energie-, infrastructurele, industriële en gebouwinstallaties. Van ontwerp en uitvoering tot exploitatie en onderhoud. Steeds vaker inclusief slimme duurzaamheidstechniek en schone energie. Onder aanvoering van de Vlaamse CEO Lieve Declercq pakken de ruim 4.300 Nederlandse SPIE’ers elke dag de handschoen op van de grote maatschappelijke uitdagingen. Maar het steekt haar dat brede waardering daarvoor nog te vaak achterblijft.
Alles is techniek. Een brug of een tunnel gaat niet open als het beton is uitgehard, maar pas als alle technieksystemen werken.
Een club als SPIE zit in de voorhoede van de technologie, van transities en grote maatschappelijke uitdagingen. Een hele verantwoordelijkheid?
“Het is intens. Van het mee-ontwikkelen van een windpark tot het monteren van lichtsensoren in kantoorpanden, en van energietransitie tot digitalisering: alles is techniek. Een brug of een tunnel gaat niet open als het beton is uitgehard, maar pas als meer dan vijftig technieksystemen werken en uitgebreid zijn getest. In gebouwen is meer dan 60 procent inmiddels technologie – en die wordt in rap tempo slimmer en geconnecteerd.”
Dat geeft ook prachtige kansen!?
“Zeker. Op alle grote uitdagingen kan techniek het verschil maken – en wij als sector dus ook. Zoals op duurzaamheid. Dat is maatschappelijk én commercieel heel interessant; wij verwachten dat het aandeel duurzaamheidstechniek in onze projecten in de komende vier jaar tot 40 procent zal stijgen.”
Als we op de traditionele manier doorgaan, krijgen we de vernieuwing van de Nederlandse infrastructuur nooit af.
Kunnen we die enorme bult werk aan?
“Als we op de traditionele manier blijven doorgaan, krijgen we de vernieuwing van de Nederlandse infrastructuur nooit af. Het gaat te langzaam en niet duurzaam genoeg. Daarom moeten we slimmer werken. Dan denk ik vooral aan IFD: Industrieel, Flexibel, Demontabel bouwen. Denk aan bruggen die je gestandaardiseerd in een fabriek bouwt. Dat is efficiënter, kwalitatief beter, voordeliger én draagt bij aan de klimaatdoelstellingen door een lagere CO2-uitstoot. Grote trajecten in energie en infrastructuur zouden we in parallelle processen moeten durven aanpakken in plaats van serieel.”
Goede samenwerking in de keten is hard nodig. We kunnen het niet zonder elkaar.
Er verandert veel in de sector. Verandert SPIE ook zelf?
“We worden zelfbewuster. Met name de laatste jaren hebben we ons oude aannemersimago van ons afgeschud. Wij zijn niet meer alleen de ‘handjes’ of ‘leveranciers’ maar voelen ons echt de system integrator die alle facetten met elkaar verbindt. Bruggenbouwer, ook in overdrachtelijke zin: we bouwen aan goede samenwerking in de keten. Die is hard nodig. Als bedrijf sta je immers nooit alleen. We kunnen het niet zonder elkaar.”
Jullie willen bij projecten nadrukkelijk eerder aanschuiven.
“Klopt. Wij zijn niet alleen deskundig uitvoerder, maar ook partner en adviseur. Als we eerder om de tafel zitten bij de planning van een brug of fabriek, kunnen we ook eerder meedenken over ontwerp en aanpak, voor het beste resultaat.”
Daarnaast mikken jullie ook actief op meer werk in asset management en beheer.
“Inderdaad, zoals met voorspellend onderhoud op AI en machine learning. Onze software en data vertellen wanneer onderhoud, renovatie of vervanging nodig is. Met onze specialismen zijn wij in elke fase van waarde. Meedenken, mee ontwerpen, meebouwen, mee-onderhouden én beheren. Dan zit je in de hele levenscyclus van de techniek. Daar zit echt wel toekomst voor ons.”
Wat voor manager ben je; wat is je leiderschapsstijl?
“Ik ben een ondernemende manager in een decentrale, platte organisatie. Dat is SPIE eigen; zelfs op ons hoofdkantoor in Parijs werken maar negentig mensen. Mijn deur staat altijd open en iedereen kan me bereiken.”
Wat is jouw mantra? Wat horen je medewerkers je vaak zeggen?
“Wat ik wil uitdragen is: het is een brede weg vol ruimte en kansen. Daaromheen zitten wel stoepen, en die zijn op sommige gebieden wel hoog – bijvoorbeeld op ethiek en veiligheid – maar daartussen bepaal je als manager in hoge mate zelf hoe je omgaat met je team en met je klanten en draag je daar de verantwoordelijkheid voor.”
Vrijheid en kansen binnen grenzen?
“Mijn rol is om die brede weg te wijzen én de kaders te bewaken, zonder constant in regelgeving te vervallen. In een grote en beursgenoteerde club zoals de onze is dat laatste risico er altijd. Mijn voornaamste taak is om te stimuleren dat mensen zich niet laten belemmeren door de kaders maar vooral de brede weg blijven zien. Dat werkt: op die manier heb ik bij Van Gansewinkel mijn afdeling in een paar jaar van vijf naar vijftig miljoen helpen groeien. Als je wilt groeien, wat of wie houdt je tegen?”
Personeelstekort? Onzin! Als je de mensen niet hebt, neem ze aan of leid ze op.
Nou, iets als personeelstekort?
“Onzin! Dat is een kip-ei situatie. Ik zeg altijd: als je de mensen niet hebt, neem ze aan of leid ze op. Als je je laat weerhouden doordat je de mensen niet hebt, laat je jezelf enorm blokkeren.”
Zijn man-vrouw verhoudingen in het bedrijf voor jou een groot punt?
“Van de ruim 4.300 Nederlandse SPIE’ers is 9,4 procent vrouw. We hebben een specifieke doelstelling voor man-vrouw verhoudingen in het bedrijf en in het management: we willen naar minimaal 30 procent vrouwen omdat ik geloof in de kracht van diversiteit maar ook omdat we ongelofelijk veel technici nodig hebben voor het realiseren van alle uitdagingen. We hebben nog een lange weg te gaan, maar ik ben daarop heel actief. Onze hele directie coacht elk jaar een dame, willekeurig uit het bedrijf, die we extra aandacht geven en begeleiden. Dat is mooi om te doen, om je kennis en ervaringen te kunnen delen en een ander daarmee te helpen. Bijvoorbeeld over hoe je je carrière kunt combineren met een jong gezin. Het is overigens nooit eenrichtingsverkeer; zij geven mij ook weer reflecties waar ik van leer.”
Image-video over engineering bij SPIE Nederland.
Lukt het jullie om genoeg jongeren aan te trekken?
“Jazeker. We verwelkomen veel young professionals en hebben een stevig programma voor trainees voor alle opleidingsniveaus en een internationaal Young Professional Program. Instroom van jonge mensen vinden we belangrijk. Vanuit allerlei opleidingen, stages en lagen zijn ze welkom, op alle functieniveaus. Ons streven: minstens 30 procent van de nieuwe mensen hier is jonger dan 30.”
Jonge werknemers moeten al vrij snel interessant werk kunnen doen, anders houd je ze niet binnen.
Hoe ga je om met zo’n jong, divers personeelsbestand?
“Met name twintigers zijn heel tech savvy. Die doen dingen, daar ben ik zelf wel jaloers op. Da’s fijn en hard nodig, want bij techniek komt steeds meer technologie kijken. Jonge werknemers zijn overigens wel een voortdurend punt van aandacht. We moeten zorgen dat ze zich snel thuis voelen en al na korte tijd interessant werk kunnen doen. Ik geloof erg in de meester-gezel aanpak. Als ze het eerste jaar alleen kabels mogen sjouwen of mogen opperen, houd je ze niet binnen.”
Daarom vind ik het zo belangrijk dat er meer ruimte komt om te ontwikkelen, bij te scholen.
Waar zit volgens jou de bottleneck bij het oplossen van alle grote uitdagingen?
“Aan de technologie zal het niet liggen. De grootste uitdaging is en blijft: krijgen we het gebouwd, krijgen we het uitgevoerd? De sleutel daarvan zit in tijd, geld en ruimte voor opleidingen. Een voorbeeld: er wordt veel verwacht van waterstof, maar hoe gaan we zorgen dat de specialisten straks paraat staan om al die waterstoftechnologie op te tuigen? Daarnaast moet je tegenwoordig steeds meer kennisvelden kunnen combineren. Kijk naar woningen: energieneutrale woningen hebben allerlei slimme techniek die de zonnepanelen, zonneboiler en warmtepomp met elkaar verbindt. Maar is er ook de ruimte om al die nieuwe technologie eerst te léren? Daarom vind ik het zo belangrijk dat er in contracten, in vergoedingen en in arbeidsovereenkomsten meer ruimte komt om te ontwikkelen, bij te scholen.”
Als een installatiebedrijf zes, zeven procent EBITDA noteert, vinden we dat fantastisch – fantástisch!
Is er genoeg waardering voor jullie werk?
“Nee, zeker financieel worden wij als branche nog veel te weinig gewaardeerd in wat we krijgen voor ons werk. Hoeveel marge maken we nou helemaal in de sector? Als een installatiebedrijf zes, zeven procent EBITDA noteert, vinden we dat fantastisch – fantástisch! Maar intussen moet er uit dat budget ook nog ruimte zijn voor innovatie en opleiding. Men verwacht van ons dat we continu met de nieuwste technologieën kunnen werken, dat onze mensen op alles 100 procent capabel zijn. Waar zit de ruimte om het eerst te kunnen leren of te kunnen innoveren?”
Je klinkt boos…
“Ja, ik vind dat dit ons te kort doet. Ik irriteer mij als ik lees hoeveel men verdient in bepaalde sectoren, en hoe uitgeknepen aannemers vaak moeten aanbieden. We leveren heel veel waarde voor de maatschappij, maar mogen er ternauwernood iets voor vragen. Maar wat bereik ik met boosheid? We bereiken meer door onze waarde te benadrukken. Immers: wie bouwt de energietransitie? Wie bouwt het klimaatakkoord? Dat zijn wij! Zonder ons lukt dat niet. Daarom blijf ik oproepen naar iedereen in onze sector: wees niet al te bescheiden, durf een hogere prijs te vragen. Omdat we het ook echt waard zijn.”
Amen to that! Kan de branchevereniging daarbij een rol spelen?
“Jazeker. Lang waren we er als sector bijna trots op dat we een soort best kept secret waren. Gelukkig zie je nu dat we uit de schaduw treden. Techniek Nederland speelt daarin een grote rol. We laten als sector inmiddels beter zien wie we zijn. En we zitten steeds vaker op het juiste moment aan de juiste tafels.”
De branche zou een boost kunnen krijgen als de Nederlandse overheid wat meer beschermend zou optreden.
En de Nederlandse overheid, doet die genoeg voor de sector?
“De branche zou in ons land misschien een boost kunnen krijgen als de Nederlandse overheid wat meer beschermend zou optreden. Andere landen doen dat meer; als Nederlandse onderneming krijg je niet snel opdrachten in bijvoorbeeld Frankrijk. De Fransen beschermen hun eigen technologiebedrijven beter; in Franse smart city-projecten is er bijvoorbeeld een verplichting om met Franse startup bedrijven te werken. Hier is dat ondenkbaar.”
Hoezo?
“De Nederlandse cultuur is daarvoor te open. Bij een groot project gaat de engineering bijvoorbeeld naar de goedkoopste Spaanse onderneming en de hoofdopdracht naar de goedkoopste Turks-Russische combinatie, en achteraf heeft iedereen spijt want dan regent het klachten en meerwerk. Of de eerste twee producten in een order van zeven gaan naar een Nederlands bedrijf, dat alle aanloopkosten mag slikken, en de laatste vijf naar Dubai. Een grote petrochemiereus heeft veiligheid hoog in het vaandel, maar kiest uiteindelijk toch voor de slechtst presterende op gebied van veiligheid, vanwege de prijs. De inkoop regeert vaak. Ik denk dan: je hebt je mond vol van ‘Nederland Technologieland’, maar als het erop aankomt, ga je voor de laagste prijs. En dan achteraf mopperen als dingen misgaan en de kosten alsnog hoger uitpakken…”
Biedt die open Nederlandse opstelling ook voordelen?
“Ja, zeker. Mijn buitenlandse collega’s kijken wel eens jaloers naar de vooruitstrevende manier waarop overheidsopdrachtgevers nieuwe contractvormen in de markt zetten. Bijvoorbeeld TenneT EU-303, of Rijkswaterstaat nu met de tweefasen-aanpak. Daardoor ontstaat in Nederland een meer evenwichtige situatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer.”
SPIE vervangt sluisdeur IJmuiden.
Wat is je grootste ambitie met SPIE?
“Essentieel is dat wij een lerende organisatie worden. Onze faalkosten moeten omlaag. Het is zó zonde hoeveel geld wij laten liggen door de foutjes die we maken. De aanpak van projecten kan en moet nog professioneler. Honderd procent foutloos is een illusie, maar minimaal moet we kijken naar de calculatie, naar welke opdrachten we wel of niet aannemen, naar ons risicomanagement en de bewaking vooraf en tijdens een project. En onderlinge openheid, transparantie: als iets tegenvalt of misgaat, meld het direct! Slecht nieuws moet snel reizen.”
Mijn principe is: je werkt veilig of je werkt niet.
Lig je daar wel eens wakker van?
‘Ik lig nergens letterlijk wakker van, maar met name veiligheid gaat mij zeer aan het hart. Onze mensen werken vaak in bijzondere omstandigheden, op grote hoogte en met elektrische spanning. Ik leid een internationale taskforce voor de verbetering van de veiligheid bij het werken aan hoogspanningslijnen. Mijn principe is: je werkt veilig of je werkt niet. Laatst zat ik bij een overleg over ongevalspreventie in de bouw. Een van de bouwers vond de regels te streng. ‘Als ik op die manier moet werken, dan komt er geen gebouw meer af’, klaagde hij. Dan word ik heel fel. Je moet zeggen: ‘Ik ben compromisloos op het punt van veiligheid én het project gaat op tijd af zijn’.’
Profiel
Lieve Declercq (1966) studeerde technische bedrijfskunde aan de Universiteit van Leuven. Sinds oktober 2017 is zij de eerste vrouwelijke directeur van SPIE Nederland. Eerder werkte ze voor Esso Benelux BV, als marketing director bij de Van Gansewinkel Groep en als managing director bij de Maltha Groep BV. Voordat Lieve naar SPIE Nederland kwam, was ze voorzitter van de raad van bestuur bij waterbedrijf Vitens.
Motivatie: ‘De wereld een beetje beter achterlaten dan hij nu is.’
Geniet van: ‘Het vermogen om daartoe vanuit mijn positie dingen in beweging te brengen.’
Ontspant het liefst met: ‘Golf, piano spelen, wandelen en opera.’
Blijft vaktechnisch bij door: ‘Bijscholing en cursussen, zoals nu een basiscursus Artificial Intelligence, en dankzij onze eigen collega’s.’
Leest op dit moment: ‘Mission Economy – A Moonshot Guide to Changing Capitalism van Mariana Mazzucato.’
Favoriete podcast(serie): ‘Klassik für Klugscheisser – een aanrader!’
Zou graag nog eens: ‘De 12-weekse kookcursus volgen van Darina Allen, aan de Ballymaloe Organic Farm and Cookery School in Shanagarry, Zuidwest-Ierland.’
Heb jij ‘n tip voor deze rubriek? Stuur je suggestie naar demakersvanmorgen@technieknederland.nl!